Travel Impact Lab is een community waarin reizen, impact en innovatie met elkaar worden verbonden. Het doel is start-ups met succes op gang te helpen en bestaande reisorganisaties opnieuw in beweging te zetten.

Door: Sofie Smets

Ramon Vullings, keynote speaker, cross-industry expert & ideaDJ, trapte de kick-off af met een inspirerend verhaal over cross-industry innovatie. Eén van de initatiefnemers van Travel Impact Lab is Marius Appelman en ook hij vertelde meer over de community. Daarna konden de bezoekers deelnemen aan verschillende workshops, waar ze werden geïnspireerd als start-up of reisorganisatie. De dag werd afgesloten door Raymond Klompsma, CEO en mede-oprichter van srprs.me.

Innoveren in een bestaande operatie; dat is lastig in de reisbranche merkte Marius Appelman, oprichter van Riksja Travel. En daarom startte hij Travel Impact Lab. Voor start-ups én bestaande organisaties. ‘Want we moeten een andere wereld met een andere mentaliteit creëren. Wij als reisbranche hebben die verantwoordelijkheid. En we zitten al in de foute hoek…’

Tijdens het ANVR-congres van vorig jaar kondigde Appelman het nieuwe Travel Impact Lab aan: een community waarin reizen, impact en innovatie met elkaar worden verbonden. Met de vraag of partijen in de reiswereld als partner willen meewerken en willen investeren in het nieuwe platform. Want bij hem en zijn collega’s ontstond steeds meer de behoefte om te innoveren als bedrijf. ‘In de praktijk hadden we goede ideeën die echt zouden werken in de markt. Je hebt zelfvertrouwen, steekt er geld in en dan ga je het lanceren. Maar dan wordt het moeilijker dan gedacht. Het project moet aangepast worden, maar je was al op een bepaalde route… Je hebt rekening te houden met de partners, en dan heb je er ook nog eens twee ton ingestoken. Dan ga je het toch niet meer drastisch aanpassen?’ Zo kwam Appelman er dus al snel achter dat dit geen effectieve manier was om te innoveren. Dus werd de behoefte steeds sterker om te ondernemen en te experimenten vanuit een andere set waarden: overvloed, verbondenheid en positieve impact

Is dit jullie behoefte? Of de behoefte van de hele branche?
‘Wij zelf voelden dit al een lange tijd. Maar als snel bleek dat ook veel van onze reispartners het interessant vonden, en het innovatieprobleem herkenden. Bijna alle reisbedrijven zijn vrij conservatief ingesteld. Ze hebben het over het algemeen druk met hun eigen operatie, dus te druk om ook nog eens te gaan innoveren.’

En hebben de start-ups jullie zo hard nodig?
‘Er zijn weinig faciliteiten voor start-ups in de reisbranche. Wij blijven daarin achter. In het algemeen zijn er namelijk wel veel kansen voor nieuwe bedrijven. Het is moeilijk om vanuit het niets iets op te starten. Vroeger had je start-ups die spontaan begonnen, naar de KvK gingen en bedrijfje probeerden te spelen… Er is meer erkenning nodig als iemand iets nieuws wil doen of iets nieuws wil oprichten.’

De accelerators begeleidt Travel Impact Lab in vier maanden naar de maximale potentie van een idee of startup. In een intensief programma wordt er onderzocht wat de kern van het bedrijf is en worden de belangrijke aannames getoetst bij mogelijke klanten, en wordt er geholpen bij het vinden van partners en financiers. Het programma bestaat uit vier fases. De eerste is The Beach, een soort voortraject, waar de partijen gesprekken hebben en het idee pitchen. ‘Het kan een student zijn, een reisbureau, maar ook een reisbedrijf dat innovatieprojecten op de plank heeft liggen. We stellen vragen als: ‘Wat is nodig voor je concept?’ en ‘Hoe start je een succesvol bedrijf op?’ Dit is nodig, want anders heeft het geen zin om te testen. Wat hier heel belangrijk is, is de impact. Hier moet direct blijken dat er een oprechte intentie is om iets goed te doen voor de wereld.’

Zo ja, dan ben je door naar de tweede fase: The Waves. Jaarlijks vindt er een aantal waves plaats; in Breda, Leiden en Utrecht. ‘Dit zijn accelaratietrajecten waar we dan vier tot zeven teams laten meedraaien. Het is een intensieve tijd. In vier maanden ben je enkele dagen per week aan de slag. In deze fase moet worden aangetoond dat er behoefte is aan het concept, en dat het verkoopbaar is. Ieder team krijgt een mentor uit de reisbranche en een coach uit het bedrijfsleven.’

Hoe wordt dit gefinancierd?
‘Als start-up heb je 25.000 euro nodig om te draaien. Daarvan wordt 10.000 door ons gefinancierd. De deelnemers moeten zelf 15.000 inleggen of meenemen. Misschien zegt een reisbedrijf al direct bereid te zijn om dat geld te investeren. Reisbedrijven die partner zijn, betalen 35.000 per wave traject en andere reisbedrijven of organisaties die hun innovatieconcept willen toetsen, betalen 45.000 euro.’

En van The Waves gaan we naar The Ship. ‘Nu we het toch over water hebben. Het schip betekent de realisatie van het concept. Website maken, de backoffice regelen en de financiering wordt erbij betrokken. Hierin zal de Triodos Bank een grote rol spelen.‘

In de laatste fase – The Launch – gaat het zogenoemde schip varen. ‘We ambiëren een soort ecosysteem, waarin veel mensen met innovatie en impact bezig zijn. Dit moet ontstaan in de reisbranche, een soort open source. Laten we vooral omarmen wat je van elkaar kunt leren.’

Is de reisbranche nog toekomstbestendig zonder deze innovatie?
‘Van de ene kant zie je veel disruptieve concepten die gaan uitvallen de komende tien jaar. Kijk naar traditionele groepsreizen, busreizen… Ook onze eigen concepten hoor, met de bouwstenen bijvoorbeeld. Je ziet steeds meer alternatieve mogelijkheden voor vakantiegangers. Als reisbedrijf zal je van betere huize moeten komen. Anders zijn we straks met z’n allen de sjaak.’ ‘Van de andere kant loop je ook steeds meer risico om als reisbranche als een soort sigarettenfabrikant te worden neergezet. Vooral als we bezig blijven met het pushen om Schiphol nog groter te maken. Zo worden we uiteindelijk weggezet als een foute club, die foute dingen doet. We moeten aan de goede klant blijven zitten, zodat de klant ons blijft waarderen en ons blijft accepteren.’

Hoop je ook dat grote organisaties gaan meedoen? ‘Het zou leuk zijn. En zeker ook nodig. De grote organisaties hebben nog veel traditionele concepten die kwetsbaar zijn voor disruptie. Er wordt steeds meer gedaan aan duurzaamheid en gelet op impact, maar dit zou nog meer naar het hart van de proposities kunnen worden gebracht.’

Heeft de corporate wereld niet gewoon een andere mentaliteit?
‘Het is verleidelijk om voor concepten te gaan die snel geld kunnen brengen. We zijn allemaal commerciële bedrijven. Maar het echte bestaansrecht op lange termijn ligt toch verder dan dat. De toegevoegde waarde van reisbedrijven zal steeds minder logistiek zijn en steeds meer komen van beleving en transformatie. Duurzaamheid is steeds meer vanzelfsprekend. Reizen is het nieuwe leren. Voor fundamentele impact is veel creativiteit en experiment nodig. Dit geldt voor corporates net zo goed als voor kleine bedrijven. We zullen hier allemaal veel tijd en aandacht aan moeten besteden.’