Hoe sociaal zijn toeristische promotieorganisaties (DMO’s) in Nederland? Tweedejaars studenten van de NHTV hebben in samenwerking met destinatiemarketingbureau LocalSecret een onderzoek gedaan naar de stand van zaken, ervaringen en verwachtingen van DMO’s rondom het gebruik van nieuwe marketingtechnieken, zoals sociale media, mobiele apps en location based services. In dit blog zal ik de resultaten van dit onderzoek op een rij zetten, in een vervolg blog hoop ik meer te kunnen zeggen over de vraag of de nieuwe middelen ook daadwerkelijk ‘sociaal’ worden gebruikt of dat de nieuwe middelden nog steeds op een klassieke manier worden ingezet.
Dit blog is het 1e deel van een blogserie over het onderzoek naar DMO’s en het gebruik van online marketing en sociale media.
Nieuwe marketing op websites van DMO’s
Bij de Quick Scans zijn scores genoteerd voor de functionaliteiten van de website, het gebruik van verschillende sociale media en de aanwezigheid van een eigen app. De Quick Scan is een momentopname, uitgevoerd voor de maand september 2012.
In een kwalitatief interview is meer ingegaan op de achtergrond van het huidige gebruik van nieuwe marketingtechnieken. Resultaten van deze interviews zullen begin volgende week gedeeld worden in een tweede blogpost over het onderzoek.
Functies op de website
Allereerst werd er in de Quick Scan gevraagd welke functies de DMO’s op hun website hebben. Wat opvalt is dat sociale media veelvuldig terugkomen op de websites van de DMO’s, en bijna elke organisatie gebruikt foto’s om de destinatie te promoten op hun eigen website. Tripadvisor en een chatfuncties zijn schaars op websites van DMO’s.
Koplopers met de meeste website-functies zijn Delft, Hart van Noord-Holland, Maastricht, Alkmaar, Haarlem, Amsterdam en Rotterdam. De achterhoede wordt gevormd door Utrecht, Dordrecht en Katwijk.
Facebookpagina’s worden veelvuldig aangemaakt voor DMO’s, maar de vervolgstap blijft enigszins uit. De activiteit op de pagina’s mist, het aantal zelfgeplaatste berichten is laag en staat bij vele promotieorganisaties niet in verhouding tot het aantal volgers. Slechts enkelen hebben significante aantallen volgers/’vind ik leuks’. Maar liefst 75% heeft minder dan 500 likes en enkel 11% van de ondervraagde DMO’s weet het verder te schoppen dan 1.000 likes.
Voorlopers zijn Amsterdam, Enschede, Delft, Noordwijk, Leiden en Haarlem, hun pagina’s hadden een groter aantal likes dan de rest van de DMO’s.
Twitter wordt door verreweg de meeste promotieorganisaties gebruikt. Maar de manier waarop zij Twitter daadwerkelijk inzetten is bij elke DMO verschillend, zowel het aantal geplaatste tweets als het aantal volgers. Ook is het opvallend dat het aantal gevolgden een stuk lager dan het aantal volgers.
Amsterdam is koploper als het gaat om het aantal volgers, op enige afstand gevolgd door Vlieland, Noordoost Brabant, Den Haag, Ameland, Leiden, Noordwijk en Terschelling.
Bevindingen overige online marketing
- De Kloutscore was bij ruim 20% niet te vinden, maar bij de anderen zien we in het algemeen een prima score. De promotieorganisaties vertonen volgens Kloutscore dus veel online activiteiten. Er is maar één uitschieter met een veel hogere score dan alle anderen: Amsterdam. Op afstand gevolgd door Leiden Marketing, promotie Enschedé en VVV Terschelling. Zij halen allen 50 of meer Klout-punten.
- Bloggen wordt nog maar door een enkeling opgepakt. Noordwijk en Ouddorp zijn eigenlijk de enigen die er een significante score mee weten te bereiken (aantal bijdragen, lezers en reacties).
- YouTube: 40% doet hier niets aan, 60 % is actief. Amsterdam en Delft zijn de grote koplopers, gemeten aan het aantal views. Haarlem, Arnhem-Nijmegen en Roermond zijn scoren ook goed. Vele anderen zijn niet erg actief.
- Flickr: slechts 15 % van de promotieorganisaties is actief met de foto’s op Flickr. Alleen Den Haag, Enschede, Amsterdam, Zoetermeer Groningen en Meppel hebben een significant aantal foto’s op Flickr staan.
- Foursquare is voor slechts een kleine groep promotieorganisaties een activiteit. De enkeling die een account heeft aangemaakt bereikt hiermee nog geen grote hoogten: weinig foto’s, en slechts weinig check-ins: alleen VVV Zuid-Holland Zuid, Den Haag Marketing, promotie Zeeland en Maastricht hebben enkele honderden check-ins.
- Google+ local: dit wordt nauwelijks gebruikt.
- Pinterest: slechts een enkeling heeft op Pinterest een eigen fotoprikbord. Veluwe en Maastricht zijn de enigen, die wat pins hebben geplaatst.
- Apps: de helft van de DMO’s heeft één of meer apps. Verreweg de meesten hebben één app. Arnhem-Nijmegen, Groningen, Zeeland en Ouddorp hebben meerdere apps.
- Overall score: Indien we alle relatieve scores gewogen bij elkaar optellen dan ontstaat het volgende beeld:
- koplopers: Amsterdam, Haarlem, Delft, Leiden, Almere;
- Gevolgd door: Zuid-Limburg, Ouddorp, Arnhem-Nijmegen, Maastricht, Noordwijk, Rotterdam, Enschedé, Hart van Noord-Holland, Zuid-Holland Zuid, Marketing Groningen.
Amsterdam Marketing komt als beste uit de bus
Onderstaand is een totaal overzicht te vinden van de bevindingen van het Quick Scan gedeelte van het onderzoek.
De rangordes zijn per onderwerp gewogen opgeteld: de functies op de website tellen voor 20% mee in de totaalscore, het aantal likes op Facebook ook 20%. Twitter, blog, apps en youtube ieder zijn goed voor 10% van de totaalscore. Flickr, Foursquare , Google+, Pinterest ieder 5%.
Over het onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd door de 2e jaars studenten toerisme van NHTV, Internationaal hoger onderwijs Breda, onder verantwoordelijkheid van Marian van der Ent (ent.m@nhtv.nl) en Bart Reintjes (reintjes.l@nhtv.nl) in samenwerking met Jeroen Beelen en Giel Swager, oprichters van destinatiemarketingbureau LocalSecret (www.localsecret.nl).
De studenten hebben voor de maand september 55 Quick Scans uitgevoerd, de uitkomsten zijn daarom een momentopname. Ondanks de groep van 160 studenten was het (helaas) niet mogelijk om alle DMO’s in Nederland te onderzoeken. Het is dan ook geen landelijk dekkend onderzoek. Ook bij regiomarketing organisaties is een keuze gemaakt voor één van de merken die zij voeren.
Credits afbeelding: DaveyNin
16 reacties
Leuk om dit te zien! Delft heeft echter wel meer likes, denk dat jullie van alleen de engelse pagina uit zijn gegaan maar we hebben ook een Nederlandse http://www.facebook.com/nuindelft komen we nu op 7256.
Pinterest zetten we ook actief in, http://www.pinterest.com/visitdelft, idem als foursquare.com/visitdelft, dit is de bron voor de data in onze Ontdek Delft. Sinds juni’12 hebben we ook een 2e app: delft routemet nu twee routes.
Hallo Sanne,
dank voor je reactie! Klaarblijkelijk hebben de studenten de gegevens die je noemt niet gevonden. In onze check is het er ook niet uitgekomen. We nemen je data mee en komen binnenkort met een aangepaste ranking.
Leuk te zien dat de post goed gelezen wordt en het lijkt er op dat er behoefte is aan een soort benchmark.
Interessant onderzoek, echter het staafdiagram m.b.t Twitter vind ik geen duidelijk beeld van de situatie geven, omdat de staven zich laten aflezen door verschillende cijfers: de linkerkant van het staafdiagram loopt tot 5000, de rechterkant tot 25.000. Er is echter niet aangegeven welke staaf vanuit welke cijfers gelezen hoort te worden, waardoor de verhoudingen niet helder zijn. Het lijkt bijvoorbeeld alsof VVV Noordoost-Brabant veel en veel meer tweets heeft geplaatst in verhouding met haar volgers en dat zij meer gevolgden heeft dan volgers, terwijl dit niet zo is. Gegevens VVV ‘s-Hertogenbosch: 4314 tweets, 2499 volgers en 672 gevolgden.
Verder is er uitgegaan van het Twitteraccount van VVV ‘s-Hertogenbosch gezien de cijfers, terwijl er VVV Noordoost-Brabant wordt vermeld.
Beste E. Donkers,
vervelend te horen dat de Twitter-tabel niet helder is en dat er verwarring lijkt over de gegevens die gebruikt zijn. Ook hier zullen we opnieuw naar kijken voor een aangepaste ranking. Dank voor uw reactie!
Leuk onderzoek! Ik ben wel benieuwd naar hoe de gegevens per maand veranderen en of de verschillende steden vooruitgang boeken.
En is er ook gekeken naar de inhoud van de berichten op Facebook/tweets/website? Of er interactie plaats vindt of dat de posts puur gericht zijn op zenden?
Leuk om te lezen! Ik ben benieuwd naar de volgende post!
Beste Lisa,
dank je wel voor je reactie. Het is de eerste keer dat wij dit onderzoek doen i.s.m. het NHTV. Ik ben het met je eens dat het interessant is de ontwikkeling van Nederlandse DMO’s te volgen in hun gebruik van online marketing. We zullen dan ook zeker het gesprek aangaan met het NHTV over herhaling van dit onderzoek.
Er is nu puur gekeken naar aantallen en niet naar inhoud. Dit is inderdaad maar een deel van het verhaal en zegt nog weinig over hoe sociaal de DMO’s zijn. Ook daar hopen we in een evt. vervolgonderzoek aandacht voor te hebben.
Goed initiatief om de on-line marketing-activiteiten van regiomarketingorganisaties naast elkaar te zetten. Probleem is altijd om een compleet beeld te krijgen. In ons geval – Veluwe – richten wij onze social -media-activiteiten niet alleen regionaal-geografisch in (1528 volgers), maar ook lokaal- geografisch (dus naast 1528 volgers voor de Veluwe, ook honderden volgers voor bijv. VVV Nijkerk of VVV Putten ). Ook op productniveau bedrijven we on-line marketing, wat bijvoorbeeld betekent dat we met de Veluwecard online marketing bedrijven (409 volgers) en met Veluweleven (389 volgers) .
Het registreren van sec aantallen zonder refenretiekader is o.i. te beperkt. Wijzelf hechten bijv. meer aan honderd afgesloten abonnementen t.g.v. één post dan aan duizend geplaatste posts. De resultaten zijn o.i. dus nog wat te eendimensionaal gepresenteerd, maar het is een start om grip te krijgen op de social-media-activiteiten. Tot zover onze aanvuling op het onderzoek. Veel succes verder.
Bete Jurgen,
Dank voor je reactie. Het onderzoek, zoals we dat nu gedaan hebben, is een eerste stap in het vastleggen van de activiteiten van DMO’s op het gebied van online marketing. Uit de reacties te horen was daar wel behoefte aan.
Ik ben het met je eens dat de huidige methodiek nog aanscherping behoeft. Het lijkt mij leuk en interessant te kijken hoe we daar vorm aan kunnen geven.
Ik zal met NHTV bespreken in hoeverre zij openstaan voor een herhaling van dit onderzoek en ik denk dat het nuttig is DMO’s te betrekken bij het verbeteren van het onderzoek. Jouw opmerking is daar in ieder geval een eerste bijdrage aan.
Dag @Jeroen:disqus
De gegevens voor Enschede (Twitter) zou je het beste kunnen baseren op @Enschede:twitter (https://twitter.com/enschede) . Deze zijn anders dan in deze presentatie
Possibly you have apparently some celebrities are reduce or possibly you are just outrageous amend occur throughout out the right way to participate, Ugg boots classic, but naively which have them.
hogan timeactive http://www.modenplast.it/injer/newsproduct.asp